DE RECHTEN VAN DE MENS EN DE BURGER (augustus)

Art. 1. De mensen worden vrij en gelijk in rechten geboren. Elk maatschappelijk onderscheid mag alleen berusten op het nut dat de gemeenschap ervan heeft.

Art. 2. Het doel van iedere politieke vereniging is de handhaving van de natuurlijke en onaantastbare rechten van de mens. Deze rechten zijn de vrijheid, de eigendom, de veiligheid en het verzet tegen onderdrukking.

Art. 3. De grondslag van alle gezag berust wezenlijk hij het volk (la Nation) Geen lichaam of persoon kan een gezag laten gelden dat niet uitdrukkelijk hiervan is afgeleid.

Art. 4. De vrijheid bestaat daarin dat men alles mag doen waarvan een mede-mens geen schade ondervindt...

Art. 5. De wet heeft het recht om slechts die handelingen te verbieden die schadelijk zijn voor de samenleving...

Art. 6. De wet is de uitdrukking van de algemene wil.

Art. 7. Geen mens kan worden beschuldigd, gearresteerd of gevangengezet dan in de door de wet bepaalde gevallen en volgens de regels die door de wet zijn omschreven.

Art. 10. Niemand mag worden lastig gevallen vanwege zijn opvattingen. zelfs de godsdienstige.-- mits de verkondiging hiervan de door de wet gevestigde openbare orde niet verstoort.

Art. 11. De vrije uitwisseling van gedachten en meningen is een van de kostbaarste rechten van de mens...

Art. 15: De gemeenschap heeft het recht om van iedere overheidsfunctionaris rekenschap te vragen voor zijn bestuur.

Art. 17. Aangezien de eigendom een onschendbaar en heilig recht is, mag niemand ervan worden beroofd. tenzij de openbare noodzaak wettelijk erkend, dit klaarblijkelijk vereist en op voorwaarde dat er vooraf een rechtvaardige schadeloosstelling wordt betaald.

In 1791 verscheen in Nederland een vertaling van de Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger. Olympe de Gouges was furieus over de uitsluiting van vrouwen in de Verklaring van de rechten van de Mens en Burger en schreef een een Verklaring van de rechten van de Vrouw en Burgeres.


terug